Korte Geschiedenis van 1919 tot 1932 | Terug
naar Geschiedenisoverzicht |
![]() |
- ontstaan van de Europese Unie - het Interbellum - oprichting Volkenbond<"> - Verdrag van Locarno< - conclusie |
Ontstaan van de Europese Unie (EU) |
Om een beeld te schetsen van hoe de samenwerking tussen de verschillende landen is ontstaan, moeten we teruggaan in de geschiedenis.
Al voor de Tweede Wereldoorlog werd er gedacht aan een verbond tussen verschillende West-Europese landen. Het klinkt misschien verrassend, maar Frankrijk en Duitsland speelden hierin een belangrijke rol. |
Vanaf het begin van de Eerste Wereldoorlog bestond er namelijk een grote haat tussen Duitsland en Frankrijk. Dit duurde
tot na de Tweede Wereldoorlog toen een groot gedeelte van West-Europa volledig verwoest
was door de oorlog. Hieronder begint de geschiedenis vanaf het einde van de Eerste
Wereldoorlog.
Periode tussen twee oorlogen: Het Interbellum |
In 1919 kwam er een einde aan de Eerste Wereldoorlog, ook wel de loopgravenoorlog genoemd.
Vanaf de Vrede van Versailles
![]() |
Het probleem was dat in de jaren voor de Tweede Wereldoorlog hard geprobeerd werd burgers nationaal te laten denken. Het eigen land moest voorop staan.
Frankrijk probeerde na de Eerste
Wereldoorlog een veilig Europa te krijgen. Het grote probleem voor Frankrijk was hoe het
gevaar van Duitsland ingedamd kon worden. Frankrijk kreeg helaas niet genoeg steun van
grote landen als Groot-Brittannië en de Verenigde Staten, waardoor het weinig kon
beginnen.
Oprichting Volkenbond (1919) |
Na
het tekenen van de vrede dacht men positiever over de democratie ![]() |
Maar ook hier ontstonden grote problemen
doordat de landen hun eigen macht behielden. Toen Amerika een republikeinse
president kreeg, leek de macht van een centraal Europa over. De republikeinen waren veel
minder gericht op een samenwerking tussen een groot aantal landen dan de (democratische)
president Wilson. De onmacht van de Volkenbond werd al snel duidelijk zichtbaar.
Toch ontstond na het min of meer
mislukte idee van de Volkenbond bij een groep mensen een Europese geest. De Oostenrijkse
graaf Coudenhove-Kalergi, kwam met het idee om een federaal Europa te starten. Zijn
ideaal was het pan-Europese. Dit hield in dat in een aantal fasen geprobeerd zou moeten
worden om een gemeenschappelijke economie en cultuur te vormen. Ondanks dat een aantal
mensen positief stonden ten opzichte van één Europa, kreeg de graaf geen massale aanhang
voor zn idee.
Verdrag van Locarno (1925) |
In dit verdrag werd vastgelegd dat Duitsland afstand zou doen van Elzas-Lotharingen (gebied in zuidwest Duitsland) aan Frankrijk.
![]() |
Duitsland werd vanaf dit moment lid van de Volkenbond en had dus weer wat te zeggen. Dit alles was ingezet door de Franse minister van Buitenlandse Zaken Aristide Briand (rechts). Hij probeerde de Frans-Duitse relatie te verbeteren. |
Het leek na het Verdrag van Locarno de goede kant uit te gaan met Europa, want beide landen leken gedeeltelijk bereid tot verzoening. Toch had Briand moeite om de andere Europese landen te overtuigen van zijn ideeën.
In 1930 probeerde Briand met een memorandum aan de landen uit te leggen hoe hij vond dat
de Europese federatie eruit zou moeten zien. Omdat men in die tijd nogal sterk op het
eigen land gericht was (nationalistisch) stelde Briand dan ook voor om de macht bij de
landen zelf te leggen.
De kern van het Briandmemorandum lag in een politieke samenwerking en veel minder in een economische samenwerking van landen. |
Wel legde hij uit dat door goede politiek van alle landen een gemeenschappelijke economie kon ontstaan. Briand kwam eigenlijk te laat met het voorstel. Dat bleek wel uit de vele negatieve reacties vanuit Duitsland en Groot-Brittannië. Duitsland was erg wantrouwend tegenover het voorstel en dacht dat Frankrijk hiermee een centrale positie in Europa wilde innemen. Verder groeide de Nazi-Partei (Duitsland) en in 1933 kwam deze partij zelfs aan de macht. Zij waren tegen een verbond met verschillende landen.
In Groot-Brittannië reageerde men
ook sterk afwijzend en had men geen belangstelling voor dit voorstel.
Conclusie |
Uit het bovenstaande blijkt wel dat er al
aardig wat ideeën voor één centraal Europa bedacht waren tussen de twee wereldoorlogen
in. Toch was er veel tegenstand en hing het sterk af van wie de macht had in een land. Zo
wilde de Amerikaanse president Wilson wel door met de Europese federatie , maar toen hij
niet meer aan de macht was, werd er heel anders gedacht over buitenlandse politiek.
Dit is maar een voorbeeld. De geschiedenis hangt natuurlijk van nog veel meer beslissingen
en momenten af, maar hiermee geven we in het kort aan hoe men over Europa dacht.